maandag 26 november 2012

Nieuwsbrief november 2012

Ukarumpa, 9-11-2012


Koraal in de Pacific Ocean


Lieve mensen,

Weer tijd voor een nieuwsbrief. Deze keer niet alleen een beschrijving van belevenissen, maar ook een kleine blik onder water als persoonlijke reflecties om u te laten weten wat er in mij omgaat als zendingswerker hier in Papoea Nieuw Guinea.

“Heel vaak heb ik echt GEEN idee waar ik mee bezig ben. Het is of ik een stuk van Beethoven moet spelen in een concert voor 1000 mensen, nadat ik maar 1 keer pianoles heb gehad.
Ik heb echt geen idee wat de uitwerking is van mijn woorden, mijn handelen, mijn gezichtsuitdrukking. De cultuur is hier ZO ontzettend anders, hun wereldbeeld, hun denkwereld, hun waarden en normen. Is de werkelijkheid die ik zie, niet 100 procent anders dan die zij zien, terwijl we precies hetzelfde zien, maar er gewoon 100 procent een andere uitleg aan geven?
Leven in een andere cultuur is leven met altijd die extra filter. Hier moet je altijd nog een extra keer nadenken. Wat wordt er bedoeld? Hoe moet ik reageren? Soms heel vermoeiend, dan wilde ik wel dat ik alles gewoon begreep zoals het bedoeld wordt, zoals in Nederland je er soms vanuit kunt gaan dat je op de juiste manier interpreteert wat je ziet of hoort.
En dat is soms ook weer heel verrassend en verrijkend. Vooral als ik bezig ben met mijn werk, en samenwerk met PNG mensen met hun eigen PNG cultuur en achtergrond en denkwereld. Zo hadden we het laatst over: wat moet eerst benoemd worden in een SALT les: de kracht van God, of de liefde van God? Moet eerst Zijn scheppingswerk worden genoemd? Of eerst het kruis van Jezus? In mijn ogen eerst het kruis, maar in hun ogen eerst de schepping, omdat dat meer aansluit bij hun wereldbeeld: Gods scheppingskracht laat zien dat God boven alles staat, en dat neemt de angst weg voor alle andere krachten en machten van geesten, die hen zoveel angst aanjagen in hun dagelijkse leven.
Ik voel me al vaker de piano, en God mag dan Beethoven op mij spelen, zonder dat ik me er van bewust ben. Ik laat het maar aan Hem over, om datgene wat ik doe, tot volheid te laten komen, in de veilige bescherming van de wijsheid van de Heilige Geest. Die wijsheid heb ik allemaal niet in pacht, maar ik vertrouw erop dat God weet wat Hij doet. Zoals laatst, toen me gevraagd werd of de dominees het geld mochten gebruiken dat de familie op de kist legt tijdens een begrafenis. Ik had nog nooit van dit gebruik gehoord, maar op dat moment krijg ik dan de wijsheid om zo iemand te antwoorden dat er teruggegaan moet worden naar de oorsprong van dat gebruik. Als dat gebruik er is om de geest van de overledene tevreden te stellen, zodat die hen goed gezind is, dan is dat een vals geloof. Dan zou daarover gepraat moeten worden. Als het geld erop gelegd is om daarmee tot uitdrukking te brengen hoe iemand gewaardeerd werd dan zou je kunnen heroverwegen of je dat op deze manier uit wilt drukken. Op die manier prik je door zo'n vraag heen, en raak je hun diepere vraag aan, die niet rechtstreeks wordt genoemd. Zo’n antwoord ervaar ik als wijsheid van de Heilige Geest, die heel goed weet dat ik niet alles weet over de cultuur hier, en die me de woorden in de mond legt. Ik heb elke dag de confrontatie met blinde vlekken. Met de vraag: hoe moet ik dit nu weer interpreteren? Hoe moet ik hierin handelen? Wat is een goede manier? Wanneer zeggen ze iets uit fatsoen, beamen ze iets waarna ze totaal het tegenovergestelde doén? Wat is betrouwbaarheid voor mensen hier? Is het fatsoen belangrijker dan eerlijkheid? Wat zijn
waarden en normen, die voor mij belangrijk zijn, en die voor hen onderaan de lijst staan? Ik merk dat ik heel vaak niet reageer, omdat ik niet weet hoe ik iets moet interpreteren.
Opnieuw zo'n filter, waardoor het leven hier zoveel intenser is dan in Nederland. Ik denk dat mijn hersenen hier 10 keer sneller draaien dan in NL, omdat ik alles anders moet bekijken. Net zoals het filter hoe je wat je zeggen wilt, goed zegt in het Engels of in het Tok Pidgin.
Wat een wonder eigenlijk, dat God dagelijks de kracht geeft om door te gaan. Kracht om Zijn woord door te geven en uit te leggen aan de mensen hier in PNG. In zwakheid wordt Zijn kracht volbracht!

En hoe belangrijk is het dat Gods woord hier klinkt. Zo hoorde ik laatst dat er 2 mannen vermoord waren, omdat ze ervan verdacht werden zwarte magie (toverkracht) te gebruiken om andere mensen mee te betoveren. Het leeft hier nog zo sterk, die hele boze geestenwereld, betoveringen, de angst voor de boze geesten en het zoeken van veiligheid, door geesten offers te brengen om ze tevreden te houden.
Als ik dat vergelijk met de boodschap van Kerst, wat hebben we hier dan nog veel te doen. Wat zou ik graag zien, dat de boodschap van Kerst hier ook doordringt in de harten van de mensen. Dat ze echt gaan ervaren, dat God een God van dichtbij is. Een God die ons persoonlijk komt opzoeken, die zelf Mens werd, om ons te laten zien hoe groot Zijn liefde is voor ons. Dat we onze veiligheid en zegen van Hem kunnen verwachten. Dat we niet meer in angst voor boze geesten of tovenaars hoeven te leven.
Daar wil ik echt mijn leven voor geven, om deze boodschap, die boven onze denkwereld uitgaat, te laten horen aan de mensen hier.
Want hoe sterk onze culturen ook verschillen, uiteindelijk hebben we toch maar Eén Vader, en komen we uit één gezin! Laatst las ik een titel van een boek, vertaald naar het Nederlands: de kleur van onze huid, is niet de kleur van ons hart…..!
Laten we als broers en zussen uit twee verschillende culturen om elkaar heen staan, om elkaar te wijzen op dat Kind in de Kribbe. En ook vandaag nog kunnen we Hem nog onze mirre, wierook en goud brengen. Onze gebeden voor elkaar zijn de mirre en wierook, als een reukwerk voor Zijn troon, en ons geld als goud kunnen we geven om het mogelijk te maken dat Gods boodschap hier wordt gehoord!
Laten we blijven bidden voor de mensen hier, maar ook voor de mensen in Nederland. Dat ze Jezus zullen vinden als de Weg, de Waarheid en het leven. (Joh 14:6)
Want bidden voor elkaar is de ommekeer van:
Ten dode opgeschreven, naar
Ten Gode opgeheven.

Mijn adres is: Marjan Sikkema PO box 1-98 EHP 444 Ukarumpa Papua New Guinea Mijn rekeningnummer is 1204.86.784 ten name van Wycliffe Comite Sikkema (Giften zijn aftrekbaar van de belasting). E-mailadres: m.sikkema@sil.org.pg http://marjansikkema.blogspot.com Kantooradres Wycliffe Nederland: Wycliffe Bijbelvertalers Nederland Postbus 150, 3970 AD Driebergen, Tel:0343-517444; info@wycliffe.nl
Hartelijke groet, Marjan Sikkema

woensdag 12 september 2012

Nieuwsbrief

“Hij is bekleed met een kleed, dat in bloed geverfd was, en zijn naam is genoemd: het Woord Gods. Hij heeft op Zijn kleed en op zijn dij geschreven de naam: Koning der koningen en Here de heren.
En ik zag het beest, .... om oorlog te voeren tegen Hem en zijn leger. En het beest werd gegerepen….en levend in de poel des vuurs geworpen.”

Openbaring 19: 13, 16, 19, 20.

Ukarumpa, Papua Nieuw Guinea, 31-8-2012

Een gevecht op leven en dood. Hoe vaak hebt u dat meegemaakt in uw leven?
Nooit, zult u waarschijnlijk zeggen.
Elke dag, is het antwoord dat we kunnen lezen de Bijbel. Er is een oorlog gaande, op dit moment. Een oorlog op leven en dood. Hoe sterk zijn we daarvan doordrongen? Zijn we ons bewust van de strijd die er om ons heen woedt? Die er om óns woedt? Zijn we ons bewust van de dagelijkse bescherming die we krijgen van de grote Strijder, als Satan ons aanvalt? Dat Hij voor ons vecht, ons beschermt, elke dag? Want als Hij niet vechten zou, dan waren wij allang verloren.

Die strijd die er woedt in de geestelijke wereld, is duidelijk merkbaar en zichtbaar in PNG. In de afgelopen maanden zijn de mensen van de Bariai en Marik taalgroep zich ook bewust geworden van die strijd.
Wat een zegen is het geweest, de afgelopen 2 maanden, om weer 2 SALT cursussen te mogen geven aan de mensen van deze taalgroepen . Om ze bewust te maken van hoe groot God is. Om ze te leren wie Hij is, en wie Satan is. Om ze duidelijk te maken, dat ze, misschien zonder dat ze het zich bewust zijn, nog zo direct met de duistere machten samenwerken. Dat ze nog steeds geloven in leugens. Dat het verkeerd is om geesten op te roepen, om bezit te nemen van mensen of dieren. Om geesten op te roepen om de levens van anderen te vernietigen. Dat er een God is, die van ze houdt, die hen gemaakt heeft naar Zijn eigen beeld. Die voor ze zorgen wil. Dat Hij Zijn eigen Zoon gestuurd heeft, om de duivel te overwinnen. Dat de duivel geen macht meer over ons heeft, maar dat het bloed van Jezus ons beschermt, en terugbrengt bij de Vader.
PNG mensen vormen, met de bijbel in de hand, ‘HOLY’: Heilig.

Wat een zegen is het geweest om te zien hoe de Heilige Geest de harten aanraakt van deze mensen. Om te horen dat ze nu begrijpen wie God is, dat ze nu weten dat ze een keus kunnen maken om God te volgen. Dat ze nu Hem alleen willen volgen, in welk aspect van hun leven dan ook.
Wat een zegen om God zo rechtstreeks aan het werk te zien, in deze strijd op leven en dood. En om in Zijn leger te mogen functioneren.


En in de afgelopen 3 maanden mocht ik nieuwe mensen ontmoeten die mee willen vechten in deze strijd. Ik mocht 6 weken lang supervisor zijn voor een meisje uit Tonga, een eiland 2000 km boven N. Zealand, dat zich wil oriënteren op zendingswerk. Ik heb er van genoten om haar ons werk hier in PNG te laten zien.

Daarnaast was er een ‘Jeugd met een Opdracht’ team vanuit Hawaï dat hier voor een aantal weken door middel van dans en muziek geëvangeliseerd heeft in de dorpen. Een zegen om
hen te leren kennen en onderdak te bieden voor een aantal dagen. Elkaar te kunnen bemoedigen en voor elkaar te kunnen bidden.

Toekomstplannen: in September is er een conferentie voor 100 dominees uit 7 omliggende taalgroepen, om te kijken hoe we als Wycliffe en de kerken nog sterker kunnen samenwerken met elkaar. Tijdens deze conferentie zal ik SALT vertegenwoordigen, en andere taken hebben om alles goed te laten verlopen.
In Oktober hopen we weer een SALT cursus te draaien, in Susurunga. In November hoop ik naar Cairns, Australië, te gaan, voor een internationale bijeenkomst. Ik zal daar vertegenwoordiger zijn voor de Scripture in Use activiteiten over heel de Pacific.

Zou u God willen bedanken voor Zijn trouw en het werk van de Heilige Geest, dat de harten van de mensen in Marik en Bariai zo veranderd heeft! En bidden dat Hij hen verder laat groeien in hun geloof en relatie met Hem?
Zou u willen bidden dat de cursus in Susurunga door zal gaan? Zou u willen bidden voor een veilige reis naar Cairns, en voor een goed verstaan van en gebruik van de Engelse taal!?
God zegene jullie!

Mijn adres is: Marjan Sikkema PO box 1-98 EHP 444 Ukarumpa Papua New Guinea Mijn rekeningnummer is 1204.86.784 ten name van Wycliffe Comite Sikkema (Giften zijn aftrekbaar van de belasting). E-mailadres: m.sikkema@sil.org.pg http://marjansikkema.blogspot.com Kantooradres Wycliffe Nederland: Wycliffe Bijbelvertalers Nederland Postbus 150, 3970 AD Driebergen, Tel:0343-517444; info@wycliffe.nl

Hartelijke groet, Marjan Sikkema

maandag 6 augustus 2012

Nieuws uit PNG


25 juli ’12


Weer thuis. Weer schoon. Met een kop koffie en een boterham met kaas op de bank, nadat ik net van een heerlijk normale douche en toilet genoten heb. Geen zweet meer dat over mijn rug en voorhoofd loopt. Geen muggen, geen varkens, geen hanen, maar volgens mij nog wel luizen.

Mijn eerste SALT cursus in een dorp zit er weer op. Wat was dat goed, om weer helemaal op te gaan in het werk waarvoor ik hier ben. Wat was het heerlijk, om de lessen weer voor te bereiden, om weer voor ‘de klas’ te staan, en de mensen te vertellen over Jezus. Dat Hij alleen de weg, de waarheid en het leven is. Dat dit de enige echte waarheid is die ons vrij maakt. Over God, die een diep verlangen heeft om een persoonlijke relatie met ons op te bouwen, omdat Hij zo veel van ons houdt. Om te vertellen over de zorg van God. Dat Hij over ons waakt, dat we niet bang hoeven te zijn voor Satan, maar altijd veilig zijn in Gods handen.
Wat hebben we een geweldige boodschap te brengen! Een boodschap die echt iedereen moet horen! Gewoon, omdat God zo geweldig is!


Na een drukke week van voorbereidingen, met op de laatste dag nog een virus in mijn computer en op de SIM kaart van de camera, zodat we hals over kop nog naar de computerzaak moesten om dat weer opgelost te krijgen, was de dag weer daar dat we op het vliegtuig zouden stappen. Het dorp waar we nu heen gaan, heet Bambak, en de taal die gesproken wordt is Bariai. Het dorp ligt op New Ireland.
Voor de zendelingen die er werken, is deze week een highlight. De Bijbelvertaling, waar ze 19 jaar aan hebben gewerkt, is klaar, en wordt dit weekend officieel aangeboden en uitgedeeld onder de mensen. Het zal voor het eerst zijn, dat de mensen hier het Nieuwe Testament in hun eigen taal in handen houden!


We vliegen eerst naar een ander dorp om daar de helicopter te nemen, die ons naar Bambak zal brengen. Er is in Bambak zelf geen vluchtstrook, alleen een open plek waar een helicopter kan landen, dus dat is de enige manier om er te komen. Maar dat vind ik niet zo erg, de helicopter trips zijn erg interessant.

Als we uitstappen in Bambak, staan de mensen van het dorp ons al op te wachten. Kaisela kemi, kaisela kemi. De zendelinge heeft me geleerd wat goedemorgen is in hun taal, dus ik heb alle tijd om dat woord nu te oefenen, terwijl ik de handen schud van alle mensen.


En dan zit ik gelijk weer midden in de geestelijke strijd. Een ouder vrouwtje, met alleen een doek om haar heupen, blijft mijn hand schudden, en me aan staren. Ze streelt mijn haar en prevelt voor zich uit en blijft in mijn ogen staren. Ze laat me niet meer los. Ik begin me ongemakkelijk te voelen. Dit gedrag is niet omdat ze een blanke ziet met blond haar, want ze is gewend aan de dochter van het zendingsechtpaar. Waarom doet ze zo? Ik maak mijn hand maar los uit haar greep, geef haar nog een knuffel en loop door. Ik merk dat ze achter me aan blijft lopen, maar negeer haar. Beetje zielig, maar ik weet ook niet wat ik er anders mee moet.

Uiteindelijk hebben we alle handen gehad, en lopen we naar het huis van het zendingsechtpaar. Daar aangekomen vertelt de zendelinge dat ze heeft opgevangen dat de mensen over me praten. Ze hebben het erover dat ik een teruggekomen geest van een overleden familielid ben.
Ze legt uit dat dit een algemeen geloof is van de mensen hier. En het feit dat ik hen groette in hun eigen taal heeft dit versterkt, ze denken dat ik hun taal spreek.

Dat verklaart gelijk mijn contact met het oudere vrouwtje. Ik vertel het aan de zendelinge, en ze beaamt dat deze ‘vreemde’ manier van begroeten inderdaad komt door deze diepe geloofsovertuiging, dat ze denkt dat ik teruggekomen ben uit het dodenrijk. Een overtuiging die vooral nog sterk bij de oudere generatie leeft.

Dit is goed om te weten. En goed te gebruiken in mijn eerste les. Die zal gaan over de waarheid. Iedereen heeft in zijn geloof bepaalde ideeën die niet kloppen met Gods waarheid. Dit kan bijvoorbeeld in onze westerse cultuur je idee van God zijn, dat je Vaderbeeld van Hem niet klopt, omdat je zelf een pijnlijke relatie hebt met je eigen vader, of het idee dat je Gods liefde moet verdienen door goede werken.
Hier is dat dus een verkeerd idee dat de blanke mensen teruggekeerde geesten uit het dodenrijk zijn van overleden familieleden.

Ik zal dit in mijn eerste les op een voorzichtige en gevoelige manier naar voren brengen. Mijn gedachten zijn alweer bezig hoe dit in te passen in mijn les. Ik krijg het idee om ze het Nederlandse woord goedemorgen te leren, en om ze dan te vragen of ze mijn taal spreken. Nee dus. En om te laten zien dat ik geen geest ben, zal ik ze de foto’s van thuis laten zien, van mijn bloedeigen ouders en broers en zussen.
Aan de andere kant, ik kan nog zo veel bewijsmateriaal aanleveren, het is uiteindelijk de Heilige Geest die hen zal moeten overtuigen van de waarheid. Want de zendelingen hebben hier al 20 jaar gewerkt, hebben hen als gezin gezien, met kinderen, en met ouders die voor een aantal weken over zijn geweest, en toch is dit geloof nog zo sterk, dat zo’n vrouwtje mijn hand niet meer wil loslaten. Hoe diep zitten onze overtuigingen! En hoe moeilijk om die te veranderen.
Ik voel gelijk ook de geestelijke strijd waar we in zitten, en onze tekortschietende kracht. Wat ben ik blij met ons wapen van gebed. En met een biddende achterban.

Het dorp is gebouwd op de oevers van de oceaan. Ik loop er rond en bedenk me hoe ik dit kan omschrijven aan de mensen thuis in Nederland. De beste uitleg is volgens mij als volgt: bouw een 20 tal bamboehuizen op het wad van Schiermonnikoog, plant hier en daar een cocosnootboom, breng 30 varkens en 20 honden over, en je hebt ongeveer de
situatie van het dorp hier, inclusief geur! O ja, en natuurlijk een irritante haan, die elke ochtend om half 5 zijn snater opengooit, om de innige vrede en rust met een ferme kreet te verscheuren.
Kijk ik de andere kant op, landinwaarts, dan is er van de vergelijking met Schier niet zoveel meer over. Daar is het moeras, met de mangrovebomen, en de ondoordringbare jungle, vol hangende boomwortels en lianen. Met de vogels en zijn onbestemde geluiden. Het zand van het wad is zwart, en geeft een zinderende hitte overdag. Je moet hier gewoon slippers dragen, met blote voeten erover heen lopen is bijna te heet. Het zand brandt je voetzolen.
Ik ben benieuwd of de geur zal wennen. De lucht is zwaar van die specifieke geur van het wad en moeras. Af en toe een bries vanaf de oceaan maakt het iets lichter. Als ik de zoute lucht ruik sluit ik mijn ogen, en waan me even terug op mijn geliefde Schier. Grappig hoe geuren emoties en herinneringen naar boven kunnen brengen.

We worden ondergebracht in een huis van 1 van de bewoners. Een huis op palen, op de rand van het water en het strand. We hebben een teamlid mee dat 124 kg weegt. Als ze het trapje beklimt, schommelt het huis gevaarlijk heen en weer. Ook de vloer van dunne latten, met grote gleuven ertussen kraakt gevaarlijk. Ze durft zich haast niet te bewegen. Bang om een lat te breken en pardoes door de vloer te zakken, om in de oceaan die onder ons huis klotst gedurende de hoog water stand, terecht te komen. De mensen van het huis lachen haar vierkant uit. Ik ben benieuwd of het huis het gaat houden, deze komende 3 weken.

Die nacht slaap ik goed. Het is ietsje koeler ’s avonds, en de geluiden van de oceaan, en de zoute lucht maken me heerlijk moe.
De volgende ochtend vroeg gaat ons teamlid naar de wc. Die is buiten, ongeveer 3 minuten lopen de jungle in. Ze hebben speciaal een huisje van bananenbladeren voor ons gebouwd met een gat in de grond. De mensen hier doen hun behoefte overal en nergens in de jungle of in de oceaan. Als ons teamlid vertrekt richting toilet schommelt het huis zo erg dat ik half wakker word en denk dat de vulkaan die op het eiland is, is gaan werken, en we een vulkaan uitbarsting kunnen gaan verwachten. Als ik helemaal wakker ben, en zie wat er werkelijk aan de hand is, schiet ik hardop in de lach over mijn eigen gedachten.

Het is tijd om te vertrekken naar het volgende dorp, waar het feest zal plaatsvinden. We lopen ongeveer een half uur door het moeras, over bruggetjes van bamboe en soms alleen een enkele boomstam, waaronder de stinkende brij van het moeras aan het gisten is. O o, als ik nu toch eens mijn evenwicht verlies, en in die vieze braggel val, volgens mij raak ik de stank dan nooit meer kwijt!




Gelukkig weet iedereen zijn voeten op de onderhand gladde boomstam te houden, en zo arriveren we dan een dik half uur later in het volgende dorp. De Bijbels worden per kano ingevaren. Onder luid zingen en veel gedans van de traditioneel geklede bewoners. Een heel feest.
In optocht gaat de stoet met de Bijbels naar de kerk, waar door de priester een zegen wordt uitgesproken over de Bijbels. Dit gebied is sterk katholiek. De eerste zendelingen kwamen rond 1950, en waren katholiek. Ze hebben de bevolking achtergelaten met een katholieke liturgie die tot op de dag van vandaag angstvallig wordt vastgehouden. Ook de Maria verering is sterk aanwezig. Dat hebben we kunnen merken tijdens onze cursus, maar later meer daarover.

Na de dienst en toespraken worden er nog wat voorstellingen van dansen gehouden, en worden we voorzien van eten: rijst, kaukau (zoete aardappel), en tapiok, alles gekookt in cocosmelk. En natuurlijk is het varken genaamd ‘Dedication’ geslacht. Ook is er vis. Een rijk maal.

Weer terug naar huis, over de bamboe en de boomstammen. We redden het opnieuw.
Thuisgekomen gaan we eerst naar de rivier om te douchen. De hele dag heeft het zweet met straaltjes over mijn rug en voorhoofd gelopen. Het is hier HEET! Afkoelen in de rivier in de jungle is de enige manier om een beetje af te koelen. Opnieuw een wandeling van ongeveer 10 minuten over bamboe bruggetjes en boomstammen, om over de ergste plekken van het mangrovemoeras heen te kunnen komen.
En dan is daar de rivier. Fris stromend helder water rechtstreeks uit de bergen. Wat een heerlijkheid! We duiken er in, met kleding en al uiteraard. De luxe van een privé douche is voorlopig even buiten beeld. Hier is het weer wassen, terwijl er 10 kinderen en 5 vrouwen je
aan zitten te staren. Knop om dus. En rustig terug staren naar de vrouwen die in het zelfde water hun afwas doen, en hun kleren wassen.
Ik zorg ervoor dat ik een plekje heb stroomopwaarts, zodat ik niet in de wegdrijvende aardappelschillen mijn haar hoef te wassen of varkensresten terugvind in mijn bh als ik thuis me om ga kleden.

Het blijft me verbazen dat de mensen hier zo kunnen leven. Ik houd dit waarschijnlijk wel 3 weken vol, maar dan is de maat ook wel vol. Om dit elke dag, jaar in jaar uit, zo te moeten doen, pfew!
En dit is nog een heerlijke rivier. Ik herinner me de rivier van het dorp waar we vorig jaar waren. Die was zo vies en zanderig, dat het zand op een gegeven moment overal zat te schuren, in je haar, tussen je tanden, billen en lakens.

Ik heb deze 10 minutenwandeling er wel voor over, om een frisse duik te hebben elke dag.
Als we terug lopen passeren we weer de bruggetjes. Eén van deze bruggen ligt over een kleinere rivier, die uitkomt in het moeras. Een plek met veel muggen. Ik zie dat er vrouwen zijn die niet de wandeling nemen naar de andere rivier, maar zich wassen in dit riviertje, dichterbij het dorp. Het is dezelfde plek als waar de varkens verkoeling zoeken.
Er is een keer geweest, dat ik de brug passeerde, en ik een vrouw haar haren zag wassen in dit riviertje. Nog geen meter verderop stond er een varken in datzelfde stroompje te plassen.
Het raakt me diep. Hoe kun je jezelf waardevol voelen, als je in hetzelfde water wast als de varkens? Hoe werkt dat voor de mensen hier? Zijn ze er zo aan gewend? Of is dat een lijdend bestaan, omdat het niet anders kan? Geven ze er niet om, of zouden ze het anders willen?

De volgende dag is het zondag. Een 30 minuten wandeling naar de kerk in weer een andere dorp, genaamd Marika. In dit dorp, in deze kerk, zullen we ook de cursus houden. Lijkt me een goed plan, ik ben er wel voor in om een wandeling te hebben, voor een beetje beweging. Hoewel het bloedheet is, en het zweet van je rug loopt, is het toch altijd beter dan
alleen maar in de hitte te zitten, en les te geven. En wie weet, zie ik nog een paar interessante vogels onderweg. Want de route loopt dwars door de jungle.
De kerk staat buiten het dorp. We moeten nog een laatste brug over, en dan zijn we bij de kerk. Zelfs hier zijn de sporen van de oorlog met Japan zichtbaar: een halve huls van een oorlogsbom doet dienst als bel, om de mensen op te roepen om naar de kerk te komen.

Carol zit naast me, en fluistert me toe: De kerk staat helemaal buiten het dorp, en is afgezonderd van het dorp door de rivier. Het is of God buiten de gemeenschap wordt geplaatst.
Ja, ze heeft gelijk, en ze merkt dat treffend op. In elk dorp, precies in het midden, is een afgeschermde plek, waar een klein huisje staat met Maria, en een heilige. Daarom heen staan een paar bamboe bankjes, waar ’s avonds een kleine dienst wordt gehouden. Maar Gods huis staat buiten het dorp, aan de andere kant van de rivier.

Er zijn 4 dorpen aanwezig in de kerk. Elk dorp heeft zijn eigen hoek. We zingen een paar liederen, waaronder een paar aanbiddingsliederen voor Maria. Er worden gebeden opgedreund, niemand lijkt echt betrokken. Mijn hart huilt. Waar is het hartscontact met God?
Dan staat de kathegist op voor de preek. Dat moment raakt me diep. Voor het eerst wordt Gods woord in hun eigen taal hier geopend in de kerk! Wauw. God spreekt hen persoonlijk toe, in hun eigen taal. O, dat Zijn woorden hen diep, diep in hun harten zullen raken. Dat ze mogen zien dat dit een liefdesbrief is, geschreven in hun hartstaal, een uitnodiging voor het mooiste wat er is, een relatie en op avontuur met de Schepper van het heelal en onszelf.

Maar de mensen zitten er leeg bij. Een glazige blik. Het is of ze de dienst uitzitten. Opnieuw worden er wat gebeden opgedreund, het Ave Maria wordt gezongen, en binnen een uur staan we weer buiten. Iedereen kan een vinkje zetten bij vandaag: kerkbezoek volbracht. Maar wie is er gevuld? Of is iedereen nog net zo leeg als toen we binnenkwamen? Ben ik te negatief? Ik weet het niet, maar ik voel me diep verdrietig. Is dit het leven geweest in al deze afgelopen jaren? En waar is de troost, de veiligheid, in het gevecht met de geesten van de duistere kant? De kerk moet een antwoord zijn, een schuilplaats tegen de machten van de duivel, een plek om te horen dat we onder Gods vleugels kunnen schuilen, dat Hij het is die alle macht heeft, en ons beschermd. Niet Maria! We hebben geen tussenpersoon nodig om bij Hem te komen. We hebben Maria niet als persoon om voor ons te zorgen, over ons te waken, zoals werd gezongen en gebeden. Dat is geen troost, dat is geen veiligheid. Wat leven deze mensen in een vreselijke wereld, als dit het enige antwoord is dat ze hebben op hun oeroude overtuigingen.

In mijn hart onderweg naar huis bid ik maar 1 gebed: God, Vader, alstublieft, ontmoet hen Zelf Persoonlijk op deze weg van hun routine en religie.

We starten de cursus. We zijn voorzichtig met het aanstippen van hun overtuigingen die niet in overeenstemming zijn met Gods Woord. We benoemen de waarheid, en bidden dat de Geest hen de conclusie zal laten trekken met welke wegen ze moeten verlaten. Het rechtstreeks benoemen zou de deuren van hun hart sluiten. Elke ochtend en avond hebben we een uur gebedstijd. We hebben het nodig. Zowel als bescherming voor onszelf, als voor een doorbraak voor de mensen hier. God, kom hier wonen! Kom Persoonlijk in de harten van deze mensen. Laat ze Uw waarheid zien!

Tijdens mijn eerste les benoem ik dat het idee niet klopt dat ik de taal spreek. Dat ik alleen maar 1 woord weet. Ik leer hen ‘goedemorgen’ in het Nederlands, en hoop dat ze de boodschap begrijpen. Ik weef in mijn verhaal mijn achtergrond en gezinssituatie, en laat ze foto’s zien. Het team bidt ondertussen dat het zal klikken in hun gedachten dat ik dus niet teruggekeerd ben van het dodenrijk, maar per vliegtuig aangekomen ben van de andere kant van de zelfde wereldbol.
Ik neem Johannes 14:6 als uitgangspunt. Alleen Jezus is de enige weg naar de Vader. Niemand anders. We bidden dat ze door zullen krijgen, dat Maria niet de weg naar de Vader is. Dat het eigenlijk niet eens Bijbel getrouw is. Dat God alleen aanbeden wil worden. We lezen deze Bijbelgedeeltes, en bidden dat de waarheid door mag dringen en hun oude tradities en overtuigingen zal omvormen.
De eerste dag tijdens mijn eerste les, laat ik ze Joh 14:6 lezen. Allemaal tegelijk. Het gaat moeizaam, maar ze komen er uit. Het is voor velen voor het eerst om in hun eigen moedertaal te lezen. De meesten, als ze kunnen lezen, hebben dat geleerd in het Tok Pidgin. Nu is het de uitdaging om je eigen moedertaal te lezen.
We lezen het een paar keer over, en dan vraag ik ze om het uit hun hoofd te doen. Dat is te snel. Ik geef het op als huiswerk: morgen kent iedereen het vers uit het hoofd. Laat dit de basis zijn van deze cursus.

Het is altijd weer zo bijzonder om de Heilige Geest aan het werk te zien. Hij laat zien welke teksten in te zetten. Hij laat zien hoe we in onze lessen die dingen kunnen benoemen op een sensitieve manier, zonder aanval, maar gewoon door de kracht van Gods Woord zelf, door de kracht van de waarheid. Ik wist van de overtuigingen die de mensen hier hebben, bijna niets af, toen ik aankwam. Ik had een andere inhoud van de les voorbereid, maar Gods Geest werkt. We hoeven alleen maar open te staan voor Hem, een instrument te
zijn in Zijn handen, en Hij gaat dan aan het werk. Een andere inhoud, maar eentje die beter aansluit bij waar de mensen zijn. God wist dat, ik niet, maar de les sluit aan, dankzij Zijn invulling.

De volgende les die ik moet doen, heb ik amper voorbereid. Ik heb de handleiding, en verder laat ik het invullen door de heilige Geest. Deze les gaat over het opbouwen van een persoonlijke relatie met God. Tijdens het lesgeven krijg ik een idee over een dramastukje.
Ik vraag Carol en het andere teamlid naar voren te komen. Ik vertel de mensen over de vriendschap met Carol en dat we in hetzelfde huis wonen. Maar dan ga ik naar het andere teamlid en speel dat ik graag iets aan Carol wil vragen. Ik vraag het andere teamlid om dit voor mij aan haar te vragen. We spelen het uit. Carol weet niets van deze drama, wordt onverwachts voor de situatie geplaatst, maar haar antwoord is perfect, door God ingegeven: “waarom vraag jíj dat aan mij? Ze woont bij mij in het zelfde huis, ze kan het zelf vragen.”
Exact! We mogen zien dat we bij God thuis mogen zijn, en rechtstreeks met onze vragen naar Hem toe mogen gaan.
Ik leg hen dit uit. En dan vraag ik aan hen: durven wij naar God te gaan, zoals in Hebreeën 4:16 staat? Of hebben we een intermediator nodig, omdat we niet durven?
Geschuifel met voeten, vragende gezichten. Ik noem een paar dingen. Misschien bid je zelf niet, maar bid de priester voor je? Je mag zelf bidden. Of misschien denk je dat alleen Maria voor je kan bidden tot Jezus?
En daar laat ik het bij. De Heilige Geest zal het in hun harten uitwerken.

En zo werken we langzaam door de cursus heen.
Het lezen uit de Bijbel in hun eigen taal gaat eerst moeizaam. Na 2 weken zien we een grote verbetering. De mensen hebben plezier in het lezen in hun eigen taal.

Dan komen we bij het gedeelte over Satan en zijn strategieën. De mensen zijn vol aandacht. Dit spreekt hen aan. En dan ineens wordt me hun diepste vraag helder. Hoe weten we nu of iets van God komt of van Satan?
Ik vraag het aan hen. Ja, dat is precies de vraag die hen bezig houdt. Ook nu weer: dit stuk had ik niet ingecalculeerd, en niet voorbereid. Maar de Heilige Geest geeft de wijsheid en wijst de Bijbelstukken aan. We lezen 1 Joh 4. Elke geest die belijdt dat Jezus Koning is, en belijdt dat Hij gekomen is om voor ons te sterven en te redden, is van God.
Er komt een verhaal los. Een man heeft zijn moeder verloren een aantal maanden geleden. Toentertijd heeft hij een activiteit gedaan, om uit te zoeken of zijn moeder betoverd was, of dat het een natuurlijke dood was. Sindsdien heeft de man last van angstdromen, en is er een stok die uit zichzelf beweegt en dingen schrijft, als je hem op je vinger legt.
De zendeling beaamt het verhaal. Hij is er zelf bij geweest en heeft gezien dat de stok ‘sprak’ door de woorden in de lucht te schrijven.
De stok schreef: ik ben de Heilige Geest. Voor de man een moeilijk probleem. Hoe kan hij nu weten of dit van God is of van Satan?
De man was met deze vraag naar de zendeling, genaamd Stephan, gegaan. De stok schreef: Steven, jij moet in de Heilige Geest geloven.

Voor de zendeling was het duidelijk. Dit is niet van God. Waarom niet? God heeft geen stokken nodig om ons dingen te vertellen. En God weet dat hij in de Heilige Geest gelooft, dus dat hoeft God niet te zeggen. En als mooiste argument: God weet hoe zijn naam gespeld moet worden, de stok heeft het verkeerd gespeld. En uiteindelijk zal de Heilige Geest nooit op zich zelf wijzen, maar altijd naar Jezus.
Dus dit is Satan, die zich voordoet als de engel van het licht, die wil dat Stephan in hem gaat geloven.
Wow, dit illustreert precies het spanningsveld waar deze mensen al zolang in leven. Wat een geschenk om nu 2 weken volop met de waarheid bezig te zijn, om ze een kans te geven om deze vragen eindelijk eens uit te spreken, en samen op zoek te gaan in Gods woord, om de antwoorden en de vrijheid te vinden. Tijdens de cursus kwam dit onderwerp herhaaldelijk weer naar voren. We bidden dat God het gebruikt om ze los te weken van hun oude gebruiken.

Het mannenhuis Tijdens 1 van onze gebedsbijeenkomsten ’s avonds vertellen de 2 mannelijke teamleden, (alle teamleden komen uit PNG en hebben een geweldige voorsprong om dieper op dingen door te kunnen vragen) dat ze in het mannenhuis zijn geweest. Het was hen opgevallen dat er een extra plafond in dat huis was. Ze hebben doorgevraagd waar dat voor was. “Dat is de afdeling voor de geesten. Daar brengen we de offers voor ze, en vragen we ze om wijsheid, om raad, om aan te tonen wie betoveringen heeft gepleegd.”
Er is hier geen politie, geen overheid die de wet en de orde houdt. Dit wordt al jaar en dag gedaan door het contact met de geesten. De orde wordt gehouden omdat mensen bang zijn voor de gevolgen. Wetten worden nageleefd op basis van angst. Angst voor betoveringen, voor de geesten.
De teamleden hebben gevraagd of ze het mochten zien, en inderdaad lagen daar de offers van kippenbotjes en veren, schelpen en bepaalde bladeren.
Ze vertellen dat er intens gebed nodig is voor deze praktijken. De mensen zitten nog helemaal vast hierin. De zendeling is verbaasd. In al die 20 jaren heeft hij hier niets van afgeweten. Dit leeft nog volop, maar wordt helemaal in het verborgene gehouden.

Ook dit verwerken we in een les. We kunnen niet 2 wegen bewandelen. En God om raad vragen, en Satan. Samenwerken kan niet. Maak een keus, kies voor de vrijheid. De 2
mannelijke teamleden doen geweldig werk hierin. Ook nu weer kunnen we duidelijk de sensitiviteit en wijsheid van de Heilige Geest zien.

We hebben een les waarin we als huiswerk geven: bid tot God dat Hij zal laten zien wat er in de gemeenschap moet veranderen. En neem dit de volgende dag mee, dan praten we erover.
De volgende ochtend heeft de zendeling een vraag aan de gemeenschap. ’s Nachts heeft God hem duidelijk gemaakt dat er iets is dat veranderd moet worden. Er een woord in de taal die 2 betekenissen heeft. Het woord is ‘Puda’. Alom wordt er geknikt. De betekenissen van dit woord zijn: ‘geest’, en ‘blanke mensen’.
Door dit woord te gebruiken voor beide betekenissen, houden we het oude geloof in stand dat de blanke mensen teruggekeerde geesten zijn. Zijn vraag nu aan de leiders van de dorpen is om de taal te veranderen. Kan het woord ‘Puda’ alleen gebruikt worden voor geest? Laten we de blanke mensen whiteskins noemen. Er wordt geknikt. De mannen zijn het er mee eens.
De taal veranderen, om Gods waarheid te beschermen. Wow, dit gaat diep!

Dan staat 1 van de mannen van het dorp op. Hij spreekt met kracht en vuur tegen het gebruik van tovenarij. Wow, dit is krachtig. Dit is iemand van henzelf, van hun eigen dorp. Iemand die begrijpt waar het om draait. Iemand die verandering wil van oude gebruiken. God raakt de mensen aan, ze gaan de waarheid zien. Die avond bidden we dat God deze persoon zal gaan gebruiken om hier verder te werken. We bidden voor bescherming voor hem, dat hij hier niet alleen in zal staan, en uitgeworpen zal worden door de gemeenschap. Satan heeft er geen zin in dat zijn rijk wordt getorpedeerd door de waarheid, hij zal er alles aan doen om dat te voorkomen. Gelukkig is God sterker. We lezen Openbaring 19:11-21. De overwinning is voor Jezus! Ik moet sterk aan de preek denken van mijn uitzenddienst: Koning Jezus werkt wel door! Hoe bemoedigend, juist ook hier.

En zo mogen we 2 weken zaaien. God zal de groei en de vruchten geven.

Elke avond eten we in een ander dorp. De taalgroep is verspreid over 8 dorpen, allemaal gebouwd aan de rand van de oceaan. Meestal is het donker voor we terugkomen. De mensen hebben elke avond een geweldige maaltijd klaarstaan, hoewel het elke dag hetzelfde is, zowel voor de lunch als voor het avondeten. De rijst, kaukau en tapiok, allemaal in cocosmelk gekookt, worden elke dag weer met evenveel enthousiasme opgediend. Daarnaast zijn de
mensen gul in het geven van geschenken: kettinkjes en kleding. En uiteraard wordt er van ons verwacht dat we het dragen.

Op een avond eten we in het verste dorp, Alaido.
Het is avond, de oceaan ruist, en hier en daar brandt een vuurtje. Verder is het donker. De gezichten van de mensen zijn amper te onderscheiden. De geluiden van de jungle zijn achter ons. Een overweldigende sterrenkoepel boven ons. En kinderen die uit volle borst aanbiddingsliederen zingen. Dit moment raakt me diep, diep in mijn hart. Het is of al het leven even samenkomt op 1 plek. God zelf is hier!

We worden per kano terug gebracht naar huis. Een paar kinderen en mannen brengen ons weg. Daar varen we, op de wijde oceaan, in het donker, met een schitterende sterrenhemel boven ons. Alleen het plonzende geluid van de peddels is te horen. Iemand heeft een gitaar meegenomen. Opnieuw wordt er een aanbiddinglied ingezet. Opnieuw dat intense gevoel. God zelf vaart met ons mee. Voelbaar aanwezig. Hij die is, en was, en komt!

Thuisgekomen blijkt dat er groep mensen in ons huis is neergestreken. Het zijn handelaars van een dorp 2 dagen lopen verderop. Ze blijven bij ons slapen. Maar ze maken er een aardig feestje van. De huiseigenaar heeft een generator die op benzine loopt. Voor deze gasten heeft hij benzine ingeslagen, zodat hij de mensen kan vermaken met muziek van de radio. Nou ja, muziek, een hoop ruis en herrie, dat wedijvert met de herrie van de generator. Het lijkt dat de kinderen die meegekomen zijn hierin ook hun steentje willen bijdragen, want ze brullen rustig een deuntje mee. Wat een takkeherrie. Hoe kunnen we nu in slaap komen, om morgen weer fris en fruitig les te geven?
’s Nachts moet ik naar de wc. Ik klim over minstens 5 personen heen, die her en der in het huis en op de veranda en onder het huis liggen te slapen. Er schiet een lied door mijn hoofd:
I simply remember my favourite things, and then I won’t feel so bad…….Ah, sound of music. Ik schiet hardop in de lach. Hoe toepasselijk.
Als het de volgende nacht opnieuw zo’n herrie is, besluiten we om te verhuizen. We kunnen in het huis van de zendelingen terecht voor de laatste 5 nachten. Een hele verademing.

Op een avond als we bezig zijn met de nabespreking van de dag en onze gebed willen beginnen, horen we opeens een hoop geschreeuw in het dorp. We doen navraag, en het blijkt dat er geesten worden uitgedreven bij een vrouw die al lang met hoofdpijn rondloopt.
Ik merk dat, nu ik wat langer weer in deze situatie zit, ik er ook af en toe de spot mee begin te drijven. Ik vraag dan ook of het misschien een minder handig idee is om dat zo schreeuwend te doen, aangezien de vrouw al hoofdpijn heeft. En ik vraag of er nu een kans is dat we geen varkensvlees meer
hebben op onze laatste afscheidsfeest, aangezien uitgedreven geesten wel eens in varkens varen en die dan laten verdrinken in de oceaan……

De volgende dag eten we weer in een ander dorp. Gelukkig zie ik hier en daar nog varkens lopen, dus dat is goed gekomen.
Het is opnieuw donker als we teruggaan naar huis. We moeten dit keer lopen. Een hele rij kinderen loopt met ons mee. En dan vang ik dat woord weer op: Puda. Een kans om ook hier met de kinderen over te praten. Ik vraag of ze dat woord voor 2 dingen gebruiken. Ja, dat doen ze. Een mooie kans om te getuigen aan de kinderen. Al lopend vertel ik ze over het geloof dat sommige mensen hebben, dat de blanke mensen geesten zijn. En dat dat niet zo is. En daarom kunnen ze beter de blanke mensen whiteskins noemen, en de geesten puda’s. Ze moeten dat maar doorvertellen aan hun vrienden. Prachtig, om zo ongedwongen, lopend langs de oceaan, met deze kinderen over God te praten. We komen langs een omgevallen boom. Met elkaar klimmen we erin, en dan maken we een foto. Wat een feest.



Het is onderhand helemaal donker geworden. Onderweg zien we fluorescerende paddenstoelen, en hangen de vuurvliegjes als kerstverlichting in de bomen. Er lopen wat mannen met ons mee, die halverwege afslaan naar hun dorp. We wensen hen een goede nacht, en lopen in het schemerdonker verder, met alleen de maan die een beetje de jungle verlicht. Ik heb mijn zaklamp wel bij me, maar spaar de batterij, zolang we nog een beetje kunnen zien waar we lopen. We hebben net afscheid genomen van de mannen naar het andere dorp, en passeren een schaduw. Fred wenst het een vriendelijk goedenavond. Geen reactie. Ik knip mijn zaklamp aan om te zien of de persoon wel in orde is. Het licht onthult een vermolmde boomstronk. Mijn lach schalt door het oerwoud. Fred’s spontane reactie: whai, sorry ja.



Een verkoelende regenbui

En zo komen we weer aan het eind van de cursus. De laatste dag is aangebroken, en we wachten op de helicopter die ons weer thuis zal brengen.
Ik moet naar de wc, en loop de jungle in. Daar wachten 2 meisjes op mij. Ze vragen aan me of ik me nog herinner dat ze me een blouse hebben gegeven. Ja, inderdaad, nu je het zegt. Of zij dan nu mijn bh mogen hebben. Wat???!! Begrijp ik dat goed? Jullie vragen me om mijn bh? Nee, dank je lekker, dan mag je de blouse wel weer terug.
Ik loop door naar de wc. Als ik terug kom staan er 2 andere meiden te wachten: wanneer geef je ons je tshirt dat je droeg toen je je waste in de rivier? Wat?? Mijn tshirt? Ho eens even, die heb ik nooit beloofd, want daar heb ik maar 1 van. Die geef ik niet weg. Hoezo? Waar hebben we het over? Ik leg vriendelijk uit dat ik er maar 1 van heb, en dat ik het dus niet delen kan.

Ik loop door. Puzzled. Is dat de cultuur hier? Geven zij alles wat ze hebben, en verwachten ze dat ook van mij? Geven zij niet het beste van het beste? En ben ik nu egoïstisch dat ik mijn bh niet afgeef? O, ik vind dat zo ontzettend moeilijk hier in deze cultuur! Hoeveel moet ik geven van mezelf, van mijn tijd, van mijn energie, van mijn spullen, van mijn geld, van mijn eten?? Elke keer weer heb ik het gevoel dat ik tekort schiet. Hoeveel vraagt God hierin van me? Ik kan niet zomaar mijn bh weggeven. Dat heb ik niet inbegrepen in mijn spullen. Ik kan niet zomaar mijn eten delen, want dat loop ik zelf tekort op het eind. Ik kan niet aan het eind van de dag en het lesgeven, nog rondhangen met mensen, en kletsen en relaties opbouwen. Ik ben dan leeg, op. Maar dat is juist de cultuur hier. Relatie gericht. Ik moet denken aan het verhaal van Martha en Maria met Jezus. Ik trek het verder door naar de cultuur hier en het westen. Ik denk dat hier de cultuur meer Maria-gedrag vertoont. En het westen is als Martha. Ik voel me vaak zo’n Martha, die maar bezig is met van alles, in plaats van een Maria, die gaat zitten, en een relatie opbouwt. Die luistert. Die om de mensen geeft, en ze laat voelen en merken hoe waardevol ze zijn.
Wat heeft mijn les voor zin, als ik ze zeg dat God van hen houdt en hen waardevol vindt, als ik zelf dat niet eens laat merken? Dat ik niet eens tijd aan hen besteed na het lesgeven, maar me dan terug trek in mijn kamer, en een boek ga lezen, of muziek ga luisteren? Wat is de boodschap die ik dan uitzend naar de mensen van deze cultuur?
Is de beste preek niet díe, die wordt uitgeleefd, in plaats van wordt uitgesproken?
Moet ik hierin niet meer geven aan de mensen, me anders op gaan stellen, in het vertrouwen dat God weer aan mij geeft wat ik nodig heb? Ben ik niet veel te veel op mezelf gericht, in de overlevingsmood? Maar waar haal ik de energie vandaan?
Dit is een punt waar ik al een tijd mee worstel, en waar ik echt rust in moet gaan zien te vinden, wil ik mezelf niet gek maken en overspannen raken. Ik moet een balans vinden, want anders loop ik leeg in mijn eigen gevoel van tekortschieten.
God, help me hierin. Laat het me maar zien. Ik weet het echt niet.

En nu ben ik weer thuis. Heerlijk. Rust, ruimte, een schoon bed, en niemand om me heen. Bijtanken. Met een kop koffie en een boterham met kaas op de bank.
Straks weer voorbereiden voor de volgende cursus die over 2 weken zal zijn. Maar eerst rust. Alles weer verteren en verwerken.

Dank U Vader, voor ALLES.
Wilt U de vruchten geven in de harten van deze mensen. Laat ze Uw liefde en waarheid en vrijheid zien. Laat ze zien dat Jezus, door Zijn lijden en sterven, de weg, de waarheid en het leven is!
Heilige Geest, gaat U al vast voor ons uit, naar de volgende plek waar we een cursus hopen te houden. Bereid hun harten alvast voor. Zodat het zaad van Uw woord wortel kan schieten. En help me in het vinden van een balans in wat ik kan geven, en wat ik voor mezelf maghouden.
Laat Uw licht schijnen in de duisternis!
Amen.


vrijdag 15 juni 2012

Nieuwsbrief juni 2012


Paradijsvogel



“Ik ken al het gevogelte van de bergen,
Wat zich roert op het veld, staat Mij ter beschikking.
… Mij behoort de wereld en haar volheid.”
Psalm 50:11,12b




Ukarumpa Papua Nieuw Guinea, 8-6-2012

Dag dag, lieve mensen,

Is het echt waar, dat ik alweer 3 maanden geleden mijn laatste nieuwsbrief heb verstuurd? Met schrik realiseer ik me dat ik inderdaad al weer zo lang weg ben, en dat het hoog tijd wordt om weer een nieuwsbrief de deur uit te doen.

Wat is er alweer veel gebeurd in de maanden die weer achter ons liggen. Ik herinner me als eerste de strijd waar ik door heen gegaan ben, toen ik onderweg terug was naar PNG. Ik moet eerlijk zeggen, dat ik op de dag dat mijn ticket stond gepland, helemaal geen zin meer had om terug te gaan. Ik miste al mijn motivatie, wilde eigenlijk het liefste rechtsomkeert maken, terug naar huis, naar mijn familie, naar mijn vrienden! Mijn ouders weer omhelzen en niet meer loslaten.

En ik was bang. Bang voor de onrust en de inbraken. De spanningen die het eerste jaar zo aanwezig zijn geweest met alle stammenstrijd om en op het centrum. Ik zag het helemaal niet zitten om weer terug te zijn in die spanning, en was bang dat ik helemaal niet zou kunnen slapen. Ik heb met God geworsteld in deze angst. En opnieuw heeft God laten zien hoe trouw Hij is. Hij heeft ons kleine mensjes zo goed in de gaten! Hij weet tot in detail wat ons bezig houdt, wat onze angsten zijn, en ook precies wat we nodig hebben. God heeft me de moed gegeven, om toch verder te reizen, terug naar PNG te gaan. Hij heeft me opnieuw uitgedaagd, om alles los te laten, en helemaal alleen op Hem, op Zijn liefde en Zijn Vaderlijke zorg te vertrouwen. Toen ik op het vliegtuig stapte, heb ik dat voor mijn gevoel blindelings gedaan, niet luisterend naar mijn gevoel, alleen maar opkijkend naar God, die heeft beloofd dat Hij trouw is. Zoals Petrus op het water stapte, en ontdekte dat hij erop lopen kon!
En dus, alleen door Gods kracht is het gebeurd dat ik toch weer terug ben in Ukarumpa. En ik voel dat ik hier weer thuis ben. Dat ik hier weer wil zijn. Dat ik hier aan het werk wil, en aan het werk mag zijn in Gods koninkrijk.


In de eerste 2 weken ben ik bezig geweest om een week training te organiseren voor het SALT team, onderhand 16 mensen. We moeten eerst zelf schoon zijn, en een eenheid vormen in het team, willen we de Heilige Geest door ons heen kunnen laten werken, en willen we Gods woord met kracht kunnen brengen naar anderen. Dat werd ons heel duidelijk in de eerste weken. Want de SALT cursussen die stonden gepland, werden één voor één geannuleerd, om verschillende redenen. We hebben dat als Gods teken opgevat, om eerst zelf schoon schip te maken in het team. Er lagen teveel problemen onderling. We moeten de roddel, de on-vergevingsgezindheid, de breuken in het team eerst opruimen. Een week lang bij elkaar zijn, voor teambuilding, voor eenheid, weer met elkaar in het reine komen, en om opnieuw bevestigd te worden met elkaar om Gods woord te brengen aan de mensen die nog gebonden zijn in de machten van Satan en zijn handlangers. Deze week was ontzettend goed. We mochten samen lachen, samen huilen, blokkades mochten worden opgeruimd, en wemochten opnieuw Gods hand en bevestiging voelen om er als team op uit te gaan. God werkt wel door! Zelfs als wij er een puinhoop van maken.

Na deze intensieve week heb ik tijd gehad om met mijn broer op pad te gaan. Een fantastisch moment was het, toen ik hem in Port Moresby van het vliegveld mocht halen! We zijn een weekend in Madang geweest en een week naar Tumun. Ik heb in dit dorp vorig jaar een SALTcursus gedaan, en nu vroeg Isum, de kerkleider, of ik langs wilde komen om te praten. Hij wilde heel graag de cursus doorgeven aan de dorpen om hem heen, maar de leraars hadden nu hun eigen draai aan de lessen gegeven. Ze hebben het gemixt met hun vroegere ideeën over geesten en over dat het evangelie de sleutel in zich bergt naar aardse rijkdom (cargo cult). Dus had Isum alles stopgezet. Hoe nu verder? Want de mensen van de andere dorpen willen allemaal de inhoud van de cursus horen. We hebben met nog 3 andere leiders gebeden en een plan opgezet voor oktober. Daarna had ik nog 5 dagen om met mijn broer in die omgeving vogels te kijken. Met als topper 2 soorten Paradijsvogels. Het kwam met zo’n intense kracht binnen: alles wat hier in deze jungle rondvliegt, kruipt, beweegt, het is allemaal van God. Hij kent het allemaal, beestje voor beestje, vogel bij vogel. Alle adembenemende vlinders. Het is van Hem. Lees Psalm 50 maar! Wat een volheid van liefde. Wat een rijkdom. In deze week voelde ik een intens verlangen naar het Hemels Paradijs! Om bij God te mogen zijn, Zijn volheid van leven ten volle te mogen ervaren. Wat een toekomst! Dat moet aan iedereen verteld worden! Waar dan ook! Alsjeblieft, help mee om mensen van Hem te vertellen!

Zou u willen danken voor het feit dat het SALT team weer hersteld is? En dat mijn broer hier 6 weken mocht zijn? Zou u willen bidden voor Carol die op dit moment een SALTcursus draait in de Solomon Eilanden? En voor de komende 2 cursussen die gepland staan in juli en augustus? Dat Gods woord gehoord mag worden!
Ps: let op de wijzigingen in mijn adres en mailadres!

vrijdag 23 maart 2012

March 2012



Dear people,
Revelation 7: 9,10
After these things I looked, and behold, a great multitude, which no man could number, out of every nation and of all tribes, peoples, and languages, standing before the throne and before the Lamb, dressed in white robes, with palm branches in their hands.
They cried with a loud voice, saying, “Salvation be to our God, who sits on the throne, and to the Lamb!”

Before you go on reading this letter, be still and think about the question: what’s the reason I live? What is God’s plan for me, for my country, for the world?
That prominent plan of God, with a beautiful final destination, as described in Revelation. Just read the Bible verses one more time, and ponder on them!

John sees the future in a vision. And he is able to see heaven and the scenes that are going on there. A glimpse of God’s Throne. In a vision he sees history, till its final destination that God has in mind. Uncountable are the followers of Jesus Christ. Together they celebrate the victory. Together clothed in white robes. White as the color of victory, of purity. Together with people who speak another language, with people we don’t understand their ways of living and thinking, they are connected together by one belief, by one cross. Together we celebrate the victory of King Jesus. He will conquer! He already conquered. The victory of the Lion of Judah, who is the Lamb of God at the same time. This is the plan of God, and the message of King Jesus! (Sermon pastor H.J.J. Pomp during the service where they gave me their blessings and sent me off to PNG)
I am looking forward to going back to share this victory with the people in Papua New Guinea, to invite them to become part of His Kingdom.
I have been quite busy the last couple of months. I spent hours and hours behind my computer, to organize everything that needs to be done before I leave Holland for a long time. Insurances, sponsoring, visa, appointments to say goodbye etc. Sometimes my oldest brother kept me company.
Another highlight was the weekend I spent with my 2 sisters. Unforgettable memories. Crazy moments, having a face mask on your nose that makes you look terribly sick. It felt so good to spend time together, before having to leave them behind again. I needed it to prepare myself for all the goodbyes and to have memories to hold on to when I feel homesick.
I have been doing a lot of presentations, especially at Primary schools. It happened to be during the week the kids were learning about fruits and vegetables.
So for some of them it was confusing to tell their parents where ‘this lady’ is working,
something like
Paprika New Guinea....
Their response was heart warming, so were the teachers and the parents. A new connection between the kids in Holland and New Guinea. Although our life circumstances are so different we are one in
the Lord! And we can pray for each other, always, at every time. When we will be sleeping, the children in New Guinea will pray for us, and when they will be sleeping, we will be awake and pray for them! This is an eye opener for the kids!

The most beautiful moment was the special service on Sunday, March 4th, to bless me and send me off to Papua New Guinea. We listened to
a song, ‘Are you ready to give yourself away to Me, to find your life and security in Me?’
The sermon: The victory belongs to King Jesus. He already conquered. I only need to sow the seed, King Jesus will give the fruits.

And the blessing I received from Psalm 134: “The LORD that made heaven and earth bless
thee out of Zion.” What else do I need?
And while I was holding hands with my earthly father, we sang together: Peace be to you. As the Father has sent me, even so I send you. Abide in My Spirit, He will guide you. (John 20, 21,22) King Jesus Himself goes before me. What a beautiful adventure. We are on our way to His final destination. He will gather all His children to be Home with Him, one day, for ever and ever.

It has been so great to see and to talk to everybody. It’s like a warm blanket to know that there are so many people standing behind me, to pray, to encourage, to support. Thank you so much, for who you are, for what you mean to me, and for everything you have done for me! Thank God for the great time this year, and His help and support to get everything done. Sometimes it was hard, but God has given me the perseverance to finish it all.
Pray for a good journey back to PNG, a smooth transition, and to feel at home again in PNG.
May God bless you all! Marjan Sikkema 

zondag 18 maart 2012

Nieuwsbrief


Leek, 12-03-2012

Openbaring 7: 9,10

Hierna zag ik dit: een onafzienbare menigte, die niet te tellen was, uit alle landen en volken, van elke stam en taal. In het wit gekleed en met palmtakken in hun hand stonden ze voor de troon en voor het Lam.
Luid riepen ze: ‘De redding komt van onze God die op de troon zit en van het Lam!’ ……..


Geliefde mensen,

Voor u verder leest: sta eens stil bij de vraag waarvoor je leeft! Sta eens stil bij het grote plan dat God heeft met jou, met ons land, met de wereld!
Dat ongelooflijke plan, met dat prachtige einddoel, zoals beschreven in de tekst hierboven! Lees de tekst nog eens rustig over, en laat het tot je doordringen wat er eigenlijk staat!

Johannes krijgt in beelden de toekomst te zien. En hij kan niet alleen op de aarde kijken, maar ook in de hemel. Een blik in de troonzaal van God. In beelden voltrekt zich de geschiedenis tot aan het uiteindelijke doel, dat God wil bereiken. Ontelbaar zijn de volgelingen van Jezus. Samen delen zij in zijn overwinning. Samen gekleed in witte kleren. Wit als kleur van overwinning, van reinheid. Mensen die wij niet kunnen verstaan, mensen die wij soms verkeerd begrijpen, omdat we hun gebruiken niet kennen, ze zijn met ons verbonden door hetzelfde geloof. Samen vieren we groot feest. Want Koning Jezus werkt wel door. De overwinning is van Hem! Nu al. De overwinning van de leeuw van Juda, die tegelijk het Lam is. De boodschap van koning Jezus. (Preek uitzenddienst ds. H.J.J. Pomp)

Ik zie er weer naar uit om deze blijde boodschap door te mogen geven aan de mensen in Papua Nieuw Guinea.

Wat is er veel gebeurd in de afgelopen tijd. Ik zal een paar dingen noemen: Uren heb ik achter de computer doorgebracht, om alle voorbereidingen te treffen die getroffen moesten worden. Verzekeringen, voldoende sponsoring, het voor elkaar krijgen van mijn visum, afspraken met iedereen, enzovoorts.

Een ander hoogtepunt was het zussenweekend, dat ik met mijn 2 geliefde zussen heb gevierd. Onvergetelijk zijn de herinneringen. Hoe gek kun je doen met een gezichtsmasker op je neus, waardoor je er niet uitziet…
Ik merk dat me dat zo goed doet en dat ik dat nodig heb, om ook nu weer afscheid te kunnen nemen en om te kunnen gaan met het gemis van familie en vrienden die me zo na aan het hart liggen.

Daarnaast heb ik verschillende presentaties gehouden, onder andere op de lagere school in Aduard en Leek. Dat viel net in de ‘gruit’ (groente en fruit) -week op school, waardoor het voor de kinderen nog wel even verwarrend was om goed te onthouden waar “die mevrouw” ook al weer werkte: in Paprika Nieuw Guinea of zo….
Hartverwarmend was het respons! Zowel van kinderen als van de leerkrachten en de ouders! Een nieuwe verbinding tussen kinderen in Nederland en in Papua Nieuw Guinea. Zoveel verschillen in levensomstandigheden, maar toch zijn we gelijk, als we ons hart aan Jezus geven. En wat is het mooi, dat we altijd voor elkaar kunnen bidden.

Het mooiste moment was de uitzenddienst op 4 maart. Het lied dat we hebben beluisterd: “Ben je bereid om jezelf los te laten, om in Mij het leven te vinden, en in Mij jouw zekerheid?”
De preek: “De overwinning is van Koning Jezus. Hij heeft al overwonnen.” Ik hoef alleen maar te zaaien, wat een geruststelling.
En de zegen die ik mocht meekrijgen uit Psalm 134: “Dat ’s Heren zegen op U daal, Zijn gunst uit Sion u bestraal.” Wat nog meer heb ik nodig?!
En hand in hand met mijn aardse vader mocht ik het slotlied zingen: “Vrede zij u, gelijk Mij de Vader zond, zend Ik ook jou! Blijf in Mij, en ontvang Mijn Geest, Hij zal je leiden.”
Koning Jezus zelf gaat mee! Wat een machtig avontuur! Op naar onze eindbestemming! Hij werkt wel door om al Zijn volgelingen te verzamelen om eens bij Hem thuis te zijn.

Wat was het gaaf om iedereen weer te zien en te spreken. Wat doet het me goed te weten en te voelen dat de gemeente en zoveel familie en vrienden achter me staan. Ik voel me helemaal opgeladen. Dankzij alle liefde die ik van jullie allemaal heb gekregen, vooral de afgelopen weken van afscheid nemen, ben ik weer klaar om te gaan.

Heel erg bedankt lieve mensen, voor alles wat jullie voor me betekenen en voor me hebben gedaan de afgelopen tijd!

Dankpunten: voor de geweldige voorbereidingstijd van de afgelopen maanden. Hoewel het af en toe flink doorbijten was, is alles op tijd rondgekomen.
Gebedspunten: voor een goeie reis en om me snel weer helemaal thuis te voelen in PNG.

Mijn adres is: Marjan Sikkema PO box 474 EHP 444 Ukarumpa Papoea-Nieuw-Guinea

Mijn rekeningnummer is 1204.86.784 ten name van Wycliffe Comite Sikkema (Giften zijn aftrekbaar van de belasting).
E-mailadres: nankienan@hotmail.com http://marjansikkema.blogspot.com
Kantooradres Wycliffe Nederland: Wycliffe Bijbelvertalers Nederland Postbus 150, 3970 AD Driebergen, Tel:0343-517444; info@wycliffe.nl

Hartelijke groet, Marjan Sikkema

zondag 26 februari 2012

Voortgang!

Beste mensen,

Marjan wil jullie heel graag laten weten dat ze haar visum binnen heeft.
Het is altijd een heel gedoe en we zijn blij dat het goed gegaan is.

Verder heeft ze de financiën rond, dat betekent dus dat ze genoeg sponsoren heeft.
We zijn God daar erg dankbaar voor, Hij heeft telkens voorzien in wat ze nodig had en we vertrouwen erop dat Hij zal blijven voorzien.

We willen iedereen die Marjan sponsort heel hartelijk bedanken! Het is echt fantastisch!
En iedereen die voor haar bidt willen we ook bedanken. Gebed is het allerbelangrijkste!
We willen jullie dan ook oproepen  te blijven bidden.

Tot zover de laatste nieuwtjes,
Hartelijke groet,
Talina de Vries

donderdag 16 februari 2012

Afscheidsdienst Marjan


Beste mensen,

Even een update over Marjan. De tijd vliegt. Marjan heeft het druk gehad met alle voorbereidingen voor haar vertrek naar Papua Nieuw Guinea.
Inmiddels heeft ze alles bijna rond en is de tijd van afscheidnemen voor haar al begonnen. Op 15 maart zal ze vertrekken.

Graag wil ik u namens Marjan uitnodigen voor de uitzenddienst in de GKV in Aduard op 4 maart om 14:00 uur.
De dienst zal in het teken staan van Gods werk op het zendingsveld en Marjan zal een zegen meekrijgen.
Deze dienst is voor haar heel belangrijk en ze zal het ook heel fijn vinden als er veel mensen bij aanwezig zullen zijn.
Na de dienst kunt onder het genot van een kopje koffie nog napraten.
Allemaal heel hartelijk welkom!

Hartelijke groet, ook namens het thuisfront,
Talina de Vries

dinsdag 17 januari 2012

Uitnodiging!

UITNODIGING!

U bent allemaal van harte uitgenodigd voor de middagdienst op 22 januari om 14.15 uur in de GKV te Leek.
In deze dienst, waarin ds Wisseling hoopt voor te gaan, zal ik, Marjan Sikkema, een presentatie te houden over het zendingswerk in Papua Nieuw Guinea.
Ik zal een filmpje en foto's laten zien en uitleg geven over het werk van Wycliffe.
Na de dienst is er gezamenlijk koffiedrinken met de gelegenheid om vragen te stellen en materialen te bekijken.

Ik hoop u allemaal te zien en te spreken!

Hartelijke groet,
Marjan Sikkema

donderdag 5 januari 2012